Antistoffunctie

Als stof of vuil in de camera binnendringt en zich hecht aan het oppervlak van de beeldsensor, reinigt u de beeldsensor met behulp van [Sensorreiniging]. U kunt ook instellen of het sensorgordijn moet worden gesloten of niet wanneer u de camera uitschakelt, zodat wordt voorkomen dat stof en vuil zich aan de beeldsensor kunnen hechten.

  1. MENU → (Instellingen) → [Instellingenoptie] → [Antistoffunctie] → gewenst instelitem.

Menu-onderdelen

Sensorreiniging:
Het filterglasoppervlak trilt ultrasoon om het stof en vuil eraf te schudden. Gebruik een in de winkel verkrijgbaar blaaskwastje om het oppervlak van de beeldsensor zo nodig te reinigen.
Gordijn bij strm UIT:
Stelt in of het sensorgordijn moet worden gesloten wanneer u de camera uitschakelt. ([Aan]/[Uit])
  • Als u [Aan] selecteert, wordt het sensorgordijn gesloten wanneer u de ON/OFF (aan/uit)-knop instelt op OFF terwijl de camera is ingeschakeld. Het kan enige tijd duren voordat het sensorgordijn wordt gesloten nadat u de ON/OFF (aan/uit)-knop hebt ingesteld op OFF
    Het sensorgordijn maakt tevens een geluid wanneer de ON/OFF (aan/uit)-knop wordt ingesteld op ON of OFF.

Hint

  • Om zelf de beeldsensor te reinigen, voert u [Sensorreiniging] uit of stelt u [Gordijn bij strm UIT] in op [Uit].

Opmerking

  • Wanneer [Gordijn bij strm UIT] is ingesteld op [Aan], bevestigt u de lensdop op de lens voordat u de camera opbergt. Anders kan een sterke lichtbron (zoals zonlicht) zich in de camera concentreren, waardoor rook of brand wordt veroorzaakt. Zelfs als de lichtbron zich iets buiten de kijkhoek bevindt, kan deze nog steeds rook of brand veroorzaken wanneer de lensdop niet bevestigd is.
  • Raak het gesloten sensorgordijn niet aan met uw vingers en maak deze niet schoon met een blaaskwastje. Het sensorgordijn kan hierdoor worden beschadigd.
  • Als de kans bestaat dat waterdruppels zich aan het sensorgordijn hechten, stelt u [Gordijn bij strm UIT] in op [Uit]. Als [Gordijn bij strm UIT] is ingesteld op [Aan], kunnen waterdruppels zich aan het sensorgordijn hechten en een storing veroorzaken.
  • Zorg ervoor dat de resterende acculading 51% of meer is voordat u de [Sensorreiniging] start.
  • Zelfs als [Gordijn bij strm UIT] is ingesteld op [Aan], zal het sensorgordijn niet dichtgaan in het geval dat de camera wordt uitgeschakeld als gevolg van het activeren van de energiebesparingsstand of het leegraken van de accu. In dit geval kunt u het sensorgordijn sluiten door de camera opnieuw in en uit te schakelen.
TP1001169487